Het toppunt van een moestuin is in staat zijn je eigen gewassen te telen. Dat hele proces start in maart, bij het zaaien van je favoriete groente. Met een mini-kasje op het aanrecht van je keuken, wat grond in de aanslag en een plantenspuit of gieter is de opdracht al voor de helft met succes uitgevoerd.

Binnenshuis zaaien
In maart en april is het buiten vaak nog te koud om te zaaien. Tomaten, pepers, paprika’s en aubergines zijn kieskeurig en rasechte koukleumen. Ze verlangen een contante temperatuur en een omgeving die niet onderhevig is aan extreme koude. In de kas is het ’s nachts vaak te koud waardoor de zogenaamde warme groente niet eens moeite doen om te kiemen. Gelukkig kun je binnenshuis aan de slag, op het aanrecht van je keuken of op een zonnig plekje in de woonkamer.

Mini-kasje
Een deel van je groente zaai je in bakjes, een ander deel in potjes. Om een microklimaat te creëren kun je de grond maar beter bedekt houden met een plastic plaat of glas. Dat wil zeggen dat het er warm is binnenin en de luchtvochtigheid hoger is dan normaal. Of je kiest voor een mini-kasje, waarin je kunt zaaien en tegelijk de luchtvochtigheid kunt regelen aan de hand van handige verluchtingsgaten. Zet de kap van zo een mini-kasje af en toe open, dat zorgt voor een goede luchtcirculatie en vermijdt schimmels.

Hoe diep zaai je?
Het spreekt voor zich dat je niet alle zaden even diep in de grond stopt. Grote zaden of plantgoed moet dieper dan de kleine varianten. Erwten en bonen plant je gemiddeld 2 tot 3 cm diep, radijsjes en sla zaai je eerder oppervlakkig. Gemiddeld 0,5 tot 1 cm. Hoe dieper je zaait, hoe langer je zult moeten wachten voor er iets kiemt. De kans op schimmels door stilstaand water is dan opmerkelijk groter.

Anderen lezen ook:  Do's and don'ts bij wildplukken

Water geven met plantenspuit
Een veelgemaakte fout is het overvloedig water geven met een gieter. Dat zorgt namelijk voor uitspoeling waardoor je zaden van het ene hoekje in het bakje naar de andere wordt gebracht. Chaos alom, dus. In een potje of zaaibakje geldt de regel: water geven met een plantenspuit. Deze methode vernevelt en verdeelt het water gelijk over het grondoppervlak. Water geven aan (jonge) planten doe je dan wel weer met een gieter, er is geen kans meer op uitspoeling.