Frambozen zijn echt snoepjes! Ga voor een heerlijke snoeptuin met je eigen frambozen. Het kweken is niet moeilijk.
Als je veel ruimte hebt en het een beetje uitkient, kun je lang frambozen oogsten. Er zijn namelijk zomerframbozen en herfstframbozen. Bij de zomerframbozen kun je weer kiezen uit vroege en latere rassen, zodat je in juni en juli vruchten hebt. Van de herfstframbozen zijn er niet heel veel goede rassen. De allerbeste is ’Autumn Bliss’ die van eind juli tot eind september vrucht draagt. Wist je dat er ook gele frambozen zijn? ’Fallgold’ is een bekende gele herfstframboos die goed verkrijgbaar is.
Een overzicht:
Beste planttijd: herfstdragende frambozen in het voorjaar, zomerdragende frambozen in de herfst.
Beste standplaats: een beschutte plek in de zon of halfschaduw.
Bijzonderheden: maak de grond voor het planten echt goed los en werk er wat compost door om de bodemstructuur te verbeteren. Framboos houdt niet van natte en zware grond. De struik wortelt oppervlakkig dus geef een mulchlaag en schoffel niet want dan beschadig je de wortels.
Snoeien: bij zomerframbozen groeien de vruchten aan zijtakjes van één jaar oude scheuten. Net als bij bramen knip je die scheuten na de oogst tot aan de grond toe af. Bij herfstframbozen vind je de vruchten aan nieuwe scheuten. Je knipt de struik daarom elke winter helemaal terug.
Goede rassen: ’Glen Ample’, ’Schönemann’, ’Malling Promise’ (zomerframbozen) en ’Autumn Bliss’ (herfstframboos).