You love them, or you hate them. De smaak heeft iets weg van komkommers, maar ook van snijbonen, de textuur van de vruchten is minder sappig en niet krokant. De plant klimt hevig en is op zijn minst opvallend te noemen.

Planteigenschappen
De bladeren zijn handvormig, maar eindigen in een scherpe punt. Met wat verbeelding en fantasie zien sommigen er zelfs hennepbladeren in, die minder leerachtig zijn en niet zo diep zijn ingesneden. Olijfkomkommer is familie van de Cucurbitaceae of komkommerachtigen en vindt zijn herkomst in Zuid-Amerika, waar ze op de lager gelegen gebieden van de Andes al eeuwenlang wordt verbouwd. De plant doet het in onze gebieden uitstekend en is makkelijk te kweken. Je zaait vanaf april, net zoals je courgettes en komkommers zou behandelen. Alleen de zaden – die eruit zien als zwarte houtsnippers – tonen aan dat er wel degelijk verschillen zijn. Na de ijsheiligen plant je ze in de vollegrond, op een zonnige plek. Je kunt ze in de kas kweken, maar dat zou zonde zijn van je beschikbare ruimte, ze doen het buiten namelijk ook erg goed. De plant produceert mannelijke en vrouwelijke bloemen die net boven elkaar groeien.

De oogst
Na de bestuiving, door heel wat vliegende en zwevende insecten, vormt olijfkomkommer zijn eerste vruchten. Die vruchten zijn langwerpig en eindigen met een smalle punt. Al snel komen de schijnstekels tevoorschijn, die de vruchten meteen een gemene uitstraling geven. Toch zijn die zogenaamde schijnstekels niet hinderlijk, maar eerder zacht. Je oogst de hele zomer lang, maar plukt beter de jonge exemplaren – die zijn het lekkerst. Lekker in salades, maar ze horen zeker ook in wokgerechten thuis. De combinatie met zwarte olijven is trouwens een aanrader!

Anderen lezen ook:  Koolgalmug in de moestuin