Om problemen bij de teelt in je moestuin zoveel mogelijk te voorkomen, is het heel belangrijk om vruchtwisseling toe te passen. Hierbij een handige indeling voor jouw moestuin.
Indeling
Verdeel je tuin in vier vakken. Verdeel deze vakken weer in twee stukken. Zo heb je in totaal acht bedden.
Vak 1 Koolsoorten
In bed 1a plant je sluitkolen (zoals witte kool en rode kool), bloemkool en broccoli.
In bed 1b zet je spruitjes, radijs, rammenas en koolrabi. Voordat je start met zaaien werk je een ruime hoeveelheid compost of mest door de grond.
Bemest bed 1a extra met geconcentreerde (kunst)meststoffen. In mei of juni doe je dat nogmaals.
Vak 2
In bed 2a zet je aardappelen.
In bed 2b zaai je wortelgroenten zoals witlof, bietjes, uien, pastinaak en worteltjes. Deze groenten hoef je niet te bemesten.
Vak 3
In vak 3a zet je vroege peulvruchten die je na de oogst kunt vervangen door prei.
In vak 3b begin je met bladgroenten zoals sla, andijvie en spinazie, daarna kun je hier late bonen neerzetten. Weinig mest.
Vak 4 Vruchtdragende groenten
In vak 4a zet je tomaten.
In vak 4b komen groenten als pompoen, courgette, komkommer of augurk.
Werk flink wat compost of goed verteerde stalmest door de bodem voordat je gaat planten.
De vruchtwisseling
Het tweede jaar schuiven alle groenten één vak op. De groentesoorten van vak 1a gaan naar vak 2a etc. Na vier jaar ben je helemaal rond en start je weer met de kolen in vak 1. Je wisselt nu van bedden. De veelvraten zet je nu in bed 1b. Op deze manier komt elke groente maar één keer in de acht jaar in een bepaald bed terecht.
Extra vak voor aardbeien
Aardbeien mogen drie jaar op hetzelfde stuk grond blijven staan; daarna kun je op dat stuk wat anders telen.
Tip
Sommige groenten groeien sneller dan andere. Om te voorkomen dat er een gat ontstaat, kun je bijvoorbeeld snelgroeiende winterspinazie tussen je prei zaaien.
Pas op voor knolvoet
Zet maximaal 1x per 6 jaar dezelfde koolsoorten op dezelfde plek anders ligt knolvoet op de loer. Zit er eenmaal knolvoet in je grond, dan krijg je de schimmel er nooit meer uit.