Je hebt waarschijnlijk de neiging om je moestuin zo vol mogelijk met groenten en gewassen te zetten, zéker als je moestuin niet zo groot is. Toch is het ook belangrijk om andere planten in je moestuin te zetten, om de biodiversiteit te vergroten. In dit artikel vertellen we je waarom dat belangrijk is en hoe je het doet.

Meer leren? Kies dan voor een abonnement op De Tuin op Tafel en leer alles over de moestuin!

Biodiversiteit, ook wel soortenrijkdom of biologische diversiteit, is de term die wordt gebruikt om de hoeveelheid verschillende soorten in een ecosysteem of gebied aan te duiden. Heeft een ecosysteem een grote biodiversiteit, dan zijn er veel soorten in te vinden.

Waarom is een grote biodiversiteit belangrijk?

Als je een beetje om de natuur geeft, is het goed om ook aan de biodiversiteit in je tuin te denken. In je moestuin staan voornamelijk gewassen waar insecten niet bijster veel mee kunnen (behalve hier en daar wat bestuiven natuurlijk). Door inheemse planten in je tuin te zetten, vergroot je de biodiversiteit en maak je het voor heel veel insectensoorten een stuk makkelijker om te overleven. Je voorziet ze dan immers van voedsel en soms ook een schuilplek.

Verder heb je die insecten natuurlijk ook nodig. Er zijn immers heel wat gewassen die bestoven moeten worden en daarvoor zijn insecten nodig. Natuurlijk kun je het ook met de hand doen, maar wat hulp van insecten is meestal een stuk gemakkelijker!

Hoe vergroot je de biodiversiteit in je moestuin?

Het vergroten van de biodiversiteit in je moestuin is helemaal niet zo moeilijk. Het belangrijkste is dat je voldoende inheemse planten in je moestuin wegzet. Waarom inheems? Omdat de insecten in ons land op deze planten ‘geprogrammeerd’ zijn. Ze hebben deze planten nodig om te overleven en hebben vaak niks aan de strak gekweekte, uitbundig bloeiende exotische soorten. Door inheemse planten in je tuin te zetten, zal je zien dat je al snel meer insecten aantrekt. Let er dan overigens wel op dat de planten die je in je tuin zet ook biologisch gekweekt zijn. De gifstoffen die op veel niet-biologische kwekerijen gebruikt worden, zijn enorm slecht voor insecten. Het kan ze flink beschadigen, ziek maken of zelfs doden. Dan bereik je natuurlijk het tegenovergestelde van wat je eigenlijk wilde bereiken met het aanplanten van inheemse planten, dus houd dat goed in de gaten.

Anderen lezen ook:  Zo pas je polycultuur toe in de moestuin

Om andere dieren zoals vogels aan te trekken, kun je overigens vogelvoer ophangen. Hang vetbollen en noten in de winter op en zorg voor vogelzaad en stukken fruit of meelwormen in de zomer.

Water in je moestuin

Heb je echt een wat grotere moestuin, dan is een waterelement een echte aanrader. Maak een klein vijvertje of een wadi en plaats hier wat inheemse waterplanten bij. Dit vijvertje zal een hele hoop dieren aantrekken waaronder insecten die komen drinken, vogels die komen badderen en misschien zelfs kikkers of padden die dit als hun nieuwe huis zien. Als je er de plek voor hebt, dan zorgt wat water in je moestuin echt voor een boost op het gebied van biodiversiteit.

Schuilplekken voor verschillende dieren

Je hebt al voor eten en drinken gezorgd voor de dieren in je moestuin. Door ook nog voor een goede schuilplek te zorgen, maak je het cirkeltje helemaal rond. Dieren kunnen dan alles wat ze nodig hebben, in jouw tuin vinden. Zorg voor egelhuisjes, vogelhuisjes en maak verschillende rommelhoekjes met takken en stenen in je tuin voor insecten. Je kunt ook insectenhuisjes ophangen of gaten boren in bijvoorbeeld boomstammen.