Asperges zijn een delicatesse uit eigen tuin, en hoewel het wat geduld vergt om ze te kweken, wordt de moeite ruimschoots beloond met een oogst van heerlijke verse asperges. In deze gids leer je hoe je succesvol asperges kweekt, van het planten van de wortelstokken tot het oogsten van deze geliefde groente.

Meer leren? Kies dan voor een abonnement op De Tuin op Tafel en leer alles over de moestuin!

Asperges (Asparagus officinalis) zijn vaste planten die jarenlang in je moestuin kunnen groeien, vaak tot wel 20 jaar. De plant heeft een paar jaar nodig om zich volledig te ontwikkelen, maar als de planten eenmaal goed geworteld zijn, leveren ze jarenlang een betrouwbare oogst. Bovendien zijn zelf gekweekte asperge niet alleen supervers, maar ook een duurzaam alternatief voor de vaak dure supermarktvarianten.

Asperges kweken op de juiste locatie

Asperges houden van een zonnige plek in goed doorlatende grond. Ze groeien het beste in losse, zanderige grond, dus het is een goed idee om de grond van tevoren te verbeteren met compost of goed verteerde mest. Zorg dat het perceel waar je asperges plant onkruidvrij is, want asperges houden niet van concurrentie van andere planten.

Wanneer moet je asperges planten?

De beste tijd om asperges te planten is in het vroege voorjaar, rond maart of april. Je kunt asperges zaaien, maar het is veel gebruikelijker en sneller om aspergeklauwen te planten, dat zijn jonge wortelstokken van één jaar oud.

Stap voor stap asperges kweken

Asperges kweken is niet bijzonder moeilijk, maar je moet wel even weten waar je aan begint en waar je op moet letten. Wil je hier voor het eerst aan beginnen, dan is het dan ook verstandig om je even goed in te lezen. Wij maakten een handige, stap voor stap gids voor je.

Anderen lezen ook:  Koolrabi

1. Voorbereiden van de grond

Voordat je aspergeklauwen plant, is het belangrijk om de grond goed voor te bereiden. Spit de grond tot een diepte van minstens 30 cm en verwijder onkruid, stenen en andere obstakels. Meng compost of organische mest door de grond zodat er veel voedingsstoffen in de grond aanwezig zijn. Asperges groeien lang, dus een goede start is cruciaal.

2. Aspergeklauwen planten

Graaf een greppel van ongeveer 20-30 cm diep en 30 cm breed. Maak in de bodem van de greppel een heuveltje van aarde. Plaats de aspergeklauwen op het heuveltje, spreid de wortels uit en zorg ervoor dat de groeipunten naar boven wijzen. Voor een gezin van 4 personen, heb je ongeveer 10 aspergeklauwen nodig. De klauwen moeten ongeveer 30 tot 40 cm uit elkaar staan, en de rijen minstens 50 cm uit elkaar. Bedek de klauwen totdat de greppel weer gelijk is aan de grond. Let erop dat de klauwen goed op hun plek blijven liggen tijdens het ondergraven, anders komen de asperges straks aan totaal andere kanten de grond uit.

3. Verdere verzorging

Na het planten hebben de asperges goede verzorging nodig. Geef ze in droge periodes goed water en zorg voor voldoende bemesting. Asperges houden erg van veel voedingsstoffen. Het is ook belangrijk om de grond goed onkruidvrij te houden.

4. Geduld Hebben!

Asperges hebben tijd nodig om te groeien. Het is essentieel om de planten de eerste twee jaar na het planten niet te oogsten, zodat ze goed kunnen wortelen en sterker worden. In het derde jaar kun je beginnen met oogsten.

Anderen lezen ook:  Gebleekte aardpeerscheuten

Hoe en wanneer kun je asperges oogsten?

Asperges oogst je in het voorjaar, meestal vanaf eind april tot juni. Het is belangrijk om te oogsten zodra de asperges boven de grond uitkomen en voordat de stelen te dik of vezelig worden. Gebruik een scherp mes om de asperges net onder het grondoppervlak af te snijden. Na half juni laat je de planten verder groeien, zodat ze reserves kunnen opbouwen voor het volgende seizoen.

Asperges verzorgen na de oogst

Na de oogst laat je de aspergeplanten doorgroeien. Ze vormen dan varens die essentieel zijn voor de energieopslag van de plant. Zorg ervoor dat de planten goed verzorgd worden, geef water als het droog is en bemest de planten in de nazomer. Snoei de varens in de herfst af zodra ze bruin en afgestorven zijn.