De ideale periode om fruitbomen te planten is november. De plant gaat dan namelijk in rust en kan zich nog net voor de winter aanpassen aan de nieuwe groeiomgeving. We onderscheiden een aantal manieren:

• planten met blote wortel: je koopt plantgoed dat niet in een pot groeit, maar met een zichtbare wortel wordt aangeboden.
• containerteelt: je koopt planten die in een pot groeien. Dat stelt je in staat om het hele jaar rond te planten, ook tijdens de zomer.
• verplanten: doe je ook in november, wanneer de plant haar bladeren heeft laten vallen en in rust gaat.

Waar planten?
Fruitbomen groeien het liefst in de zon, hebben graag een voedzame bodem ter beschikking maar schuwen natte gronden die het water niet goed draineren. Appels en peren groeien op zowat elke grondsoort, terwijl onder andere blauwe bessen (die tot het kleinfruit behoren) een zure bodem verlangen. Weinig zon in je tuin? Plant dan appels, die blijken het met minder zonlicht te kunnen doen.

Hoe planten?
Maak een ruim plantgat en zorg dat de grond goed los is gemaakt. Meng meteen een flinke portie compost in het gat, dat zorgt voor een luchtige bodem. Planten met blote wortel stop je tot aan de wortelhals in de grond, planten die in een pot groeien stop je even diep als in de pot. Zorg dat de wortels voldoende plaats hebben om te groeien. Geef water in het plantgat en maak dicht. Druk stevig aan.

TIP
Planten die geënt werden en een duidelijke verdikking hebben moeten ruim boven de grond komen uit te steken. Zorg er dus ten alle tijde voor dat de ent boven de grond zit en niet wordt bedekt met aarde.

Extra steun
Hoogstammige, maar ook een aantal laagstammige fruitbomen geef je beter meteen een houten steunpaal. Klop daarom paaltjes in de grond, gemiddeld 10 tot 15 centimeter naast de boom of struik. Stop ze minimaal 50 centimeter diep in de grond en zorg dat de boom niet kan schuren tegen de palen. Maak ze vast met elastische boombinders, die special voor fruitbomen worden gebruikt.