Wie wil er nu niet abrikozen uit de tuin plukken? Wij geven wat tips voor het kweken van je eigen abrikozen.
Aanplanten
Bij voorkeur in februari op een zonnige plek. In de zon zullen de vruchten een hogere suikergehalte ontwikkelen en dus zoeter smaken. Zet ze op een droge of enigszins vochtige plek maar zeker niet te nat.
Snoeien
Snoei de boom niet te veel, dat geeft loodglansschimmel. Verwijder in de periode dat het blad aan de boom zit, te laag hangende takken en wildopslag. Uiteraard haal je ook zieke, dode en kruisende takken weg.
Leiboom?
Wil je graag een leiboom, dan kun je die kant-en-klaar kopen. Deze bomen zijn vaak drie jaar oud en zullen vanaf het vierde jaar vrucht gaan dragen.
Verzorgingstips
- Takken die zwaar beladen zijn, kunnen makkelijk breken. Dun de abrikoos zo vroeg mogelijk en houd een afstand van ongeveer 10 cm tussen de vruchtjes aan.
- Een mulchlaag van gras of bladeren aan de voet van de boom wordt op prijs gesteld.
- Abrikozen zijn rijp als ze een blosje krijgen; laat ze na het plukken eventueel nog een paar dagen narijpen, dan worden ze wat zoeter. Laat ze niet te lang liggen want ze bewaren niet goed. De oogsttijd valt meestal tussen begin en half augustus.
Geschikte rassen
- ’Bredase’ is een oud ras dat nog steeds veel wordt aangeplant. Groeit niet zo hard en is zelfbestuivend. De vruchten zijn uit de hand niet zo lekker, maar wel prima te verwerken in bijvoorbeeld jam of een crumble.
- ‘Tros Oranje’ is bij ons goed verkrijgbaar en wordt veel aangeplant. De boom wordt vrij groot, maar de vruchtjes zijn klein en vooral geschikt om te verwerken in gerechten.
- ’Bergeron’ is een Frans ras dat in Zuid-Europa heel veel wordt aangeplant door commerciële telers. De vruchten zijn heerlijk maar de boom heeft wel een warme plek in de tuin nodig. Bloeit wat later zodat de kans op bevriezing net wat minder groot is.
- ’Goldrich’ geeft grote, smakelijke vruchten en is in de regel probleemloos. Is een matige zelfbestuiver.
