De Zuid-Amerikaanse klaversla, ook wel geluksklaver genoemd, is een eetbare kamerplant met opvallend paarse bladeren. Hij zorgt voor een zoet-zure ondertoon van je gerechten en is makkelijk zelf te kweken!
Knolletjes planten
Klaversla zaai je niet, je plant de knolletjes in een pot. Meestal wordt de groente als kamerplant gehouden. Wil je de plant toch buiten zetten, doe dit dan na half mei. Kies voor een luchtige potgrond waarvan het stikstof- (N) en kaliumgehalte (K) hoger ligt dan de hoeveelheid fosfor (P).
Tip: Geef jonge planten 1 à 2 keer per week water.
Groei van de klaversla
Zo’n twee weken na het planten zie je de eerste plantjes. Klaversla heeft intens paarse blaadjes. De typerende klaverblaadjes staan aan dicht op elkaar ingeplante steeltjes en vormen bij gevolg een dikke pol. De plant bloeit vanaf juli met lichtroze bloempjes.
Water geven
Geef klaversla regelmatig water om de grond vochtig te houden. Vermijd wel stilstaand water, dat werkt schimmels in de hand.
Tip: Zorg voor drainagegaten als je klaversla in een sierpot zet.
Oogsten
Oogst de blaadjes en bloemetjes wanneer je daar zin in hebt. Je kiest dus zelf wanneer je ze wilt verwerken. Pluk wel alleen de blaadjes die je direct nodig hebt; ze zijn moeilijk te bewaren.
Klaversla in de keuken
Klaversla speelt geen hoofdrol in een gerecht, het is eerder een zoetzure smaakmaker.Gebruik de blaadjes wel met mate; ze bevatten oxaalzuur, in grote hoeveelheden is dat slecht voor de gezondheid.
Meer kruidentuininformatie – en inspiratie vind je in het magazine De Tuin op Tafel.