Deze planten zijn slechts een kleine greep uit het assortiment aan planten dat je in je tuin kunt zetten om de biodiversiteit te vergroten en allerlei insecten aan te trekken. Ze verschillen in bloeiwijze en bloemkleur, waardoor je er een gevarieerde beplanting van kunt samenstellen. Omdat het inheemse planten betreft, zijn het (zolang ze op een geschikte plek staan) gemakkelijke groeiers die zich vaak ook zullen uitzaaien. Vele zijn zelfs direct nuttig voor de mens: ze hebben een geneeskrachtige werking of zijn eetbaar en je kunt er ook leuke veldboeketten van maken.
1 Grote kaardenbol (Dipsacus fullonum)
De lila bloempjes van deze tweejarige plant met een eivormig bloemhoofd zitten vol nectar. Dat maakt hem populair bij zowel bijen en hommels als bij vlinders. Laat de uitgebloeide planten vooral staan. Niet alleen blijven ze lang mooi maar de zaadjes zijn ook het favoriete hapje van de distelvink.
2 Echte guldenroede (Solidago virgaurea)
In het wild zijn de aantallen van echte guldenroede sterk afgenomen. Een goede reden dus om hem aan je tuin toe te voegen. De gele bloemen trekken bijen, hommels en zweefvliegen aan. Ook is de echte guldenroede waardplant voor verschillende nachtvlinders, waaronder de guldenroededwergspanner. Daarnaast kan hij als geneesplant ingezet worden bij blaas- en nierproblemen en leveren de bloempjes een gele kleurstof.
3 Slangenkruid (Echium vulgare)
De Latijnse naam is afkomstig van het Griekse woord ‘echis’, wat ‘adder’ betekent. De uitstekende meeldraden zouden namelijk op slangentong lijken. Behalve dat de blauwe bloemen van slangenkruid vele soorten bijen trekken, is hij ook waardplant voor tal van vlinders, waaronder de gevlamde grasmot voor wie hij de enige waardplant is. Van nature komt slangenkruid vooral voor op droge, kalkrijke zandgrond. Het is een tweejarige tot vaste plant die bloeit van mei tot september.
4 Wilde marjolein (Origanum vulgare)
In het wild is wilde marjolein vrij zeldzaam. Hij geeft de voorkeur aan zonnige plekken en droge, matig voedzame, kalkrijke grond. De roze bloempjes verschijnen van juli tot september. De grote hoeveelheid nectar die er inzit trekt naast de honingbij tal van wilde bijen en hommels aan. Wilde marjolein kan culinair gebruikt worden, maar het is ook een goede geneesplant. Het kan worden ingezet voor van alles: van verkoudheid tot spijsverteringsklachten.
5 Groot kaasjeskruid (Malva sylvestris)
Kaasjeskruid dankt zijn naam aan de vorm van de doosvrucht waarin de zaden zitten, want deze lijkt enigszins op een ronde kaas. De vruchten zijn net als de bladeren en bloemen eetbaar en als kind knabbelden we er graag aan. Groot kaasjeskruid wordt bevlogen door de honingbij, maar ook bijvoorbeeld door de kortsprietwespbij. En het is de waardplant voor de distelvlinder en het kaasjeskruiddikkopje. De roze bloemen van deze hoge vaste plant verschijnen van juni tot in de herfst. Van nature komt hij vooral voor op voedselrijke grond en is als zodanig een indicatieplant voor stikstof.
6 Duizendblad (Achillea millefolium)
Duizendblad kan bijna overal groeien, ook op droge zandgrond. De witte schermen trekken zweefvliegen, vlinders en wilde bijen zoals wormkruidbij en duinmaskerbij aan. Duizendblad bloeit van juni tot in oktober. Het is ook een krachtige geneesplant, die als thee bereid kan worden om onder andere te gebruiken tegen (menstruatie)krampen en om koorts te verlagen.
7 Zwarte toorts (Verbascum nigrum)
Een statige vaste plant die vanaf juni tot september bloeit. De lange aren zijn dan bedekt met gele bloemetjes met contrasterende violette meeldraden. Van nature komt hij voor op zonnige droge plekken, zoals in bermen. Zwarte toorts is waardplant voor onder andere een aantal wespvlinders en de kuifvlinder. Als geneesplant wordt hij gebruikt bij allerlei klachten aan de luchtwegen en tegen oorontsteking.
Lees ook: